1980 - Charlier: Antwerpen 38

Massart
Charlier
Kempenaers
De Cleene

09 OKTOBER 1980 
 51°21'09" NB   04°16'05" OL


In tegenstelling tot Nederland, vond men in België industriële uitbreiding in deze streek wel gepast. De verschillende visies op dit gebied zijn duidelijk merkbaar. Schuin tegenover deze locatie, op de linkeroever van de Schelde bevindt zich namelijk het Nederlandse Land van Saeftinge. Dit kale landschap van ruig begroeid zand en slik is tot op vandaag één van de laatste levende schorrengebieden. Onder het slik liggen volgens de overlevering zes dorpen, waarvan Saeftinge er één was. Ze werden door de zee verzwolgen tijdens de Allerheiligenvloed van 1570. Anderzijds was aan Belgische kant de ontwikkeling van de haven van Antwerpen niet te stoppen. Deze landschapstransformatie had twee belangrijke oorzaken. Vooreerst was er na de grote overstromingen van 1953 geen beweiding meer. De dijken werden hersteld met schorregrond waardoor een deel van de natuurlijke waarde werd verstoord, later deed de havenontwikkeling de rest.

De foto van Charlier toont de gevolgen van deze havenontwikkeling. Vanaf de jaren zestig werd, in functie van de Antwerpse tienjarenplannen, het gebied ten noorden van Antwerpen met de gemeenten Oosterweel, Wilmarsdonk, een deel van Lillo, een deel van Berendrecht en een deel van Zandvliet gekocht door de stad Antwerpen en volledig ingenomen door de aanleg van kanaaldokken. Gelijkenissen tussen de foto uit 1904 en die uit 1980 zijn er nauwelijks. De buitendijkse gebieden zijn gedeeltelijk vergraven, bedijkt en opgespoten tot op het niveau van de vroegere Zeedijk. De hierdoor ontstane stuivende terreinen werden ingezaaid met fijn schapegras (Festuca tenuifolia). Ondanks al deze veranderingen konden delen van het Groot Buitenschoor en Galgeschorre stand houden.