1904 - Massart: Diksmuide 11

Massart
Charlier
Kempenaers
De Cleene

09 AUGUSTUS 1904 
 50°58'56" NB   02°52'02" OL


Massart werpt een blik op de Blankaart in Woumen. De naam 'Blankaart' staat in verband met 'blank staan'. Dit is niet te verwonderen aangezien dit gebied slechts twee en een halve meter boven de zeespiegel ligt. Het vormt het laagste punt van de IJzerbroeken, een weidegebied van vierduizend hectare op de rechteroever van de IJzer. De vijver wordt gevoed door zes beken, met als belangrijkste de Steenbeek en de Ronebeek. De Stenensluisvaart voert het water weer af naar de IJzer.

De vroegste verwijzing naar dit gebied dateert uit de zestiende eeuw, de Blankaartvijver ontstond immers door turfwinning. In de polderbodem trof men veen of turf aan. Deze veenlaag ontstond uit de resten van een moerasbos dat bij een zeeoverstroming tussen de vierde en achtste eeuw na Christus met een laag klei – de huidige polderklei – werd toegedekt. Turf werd hier tot de achttiende eeuw als brandstof gestoken.

Op Massarts foto is linksonder een rietkraag te zien die afgeboord is met kleine lisdodde (Typha angustifolia), iets daarboven ligt een kleine drijftil en centraal een ijle mattenbiesvegetatie (Scirpus lacustris). Op het open water van de vijver gedijde voornamelijk witte waterlelie (Nymphaea alba) en gele plomp (Nuphar lutea), maar ook gedoornd hoornblad (Ceratophyllum demersum), kransvederkruid (Myriophyllum verticillatum), een vijftal fonteinkruiden (Potamogeton lucens en P. acutifolius), kikkerbeet (Hydrocharis morsus-ranae), waterdrieblad (Menyanthes trifoliata), zwanenbloem (Butomus umbellatus), pijlkruid (Sagittaria sagitti folia) en lidsteng (Hippuris vulgaris).