1904 - Massart: Koksijde 1

Massart
Charlier
Kempenaers
De Cleene

13 AUGUSTUS 1904 
 51°07'39" NB   02°39'04" OL


Deze foto van Massart toont het ontstaan van een duin. De basis hiervoor wordt gelegd door wieren, zee- en kustdieren die door stormgolven op het hoogstrand achtergelaten worden. Daar raken zij onder het zand bedolven zodat zij afgebroken worden. Dit organisch materiaal (vloedmerken) fungeert als kiembed voor planten zoals jonge zeeraket (Cakile maritima).

Op Massarts foto zijn ze te zien op de embryonale duintjes. Op plaatsen die niet onderhevig waren aan de extreme, erosieve golfwerking ontstaat biestarwegras (Elytrigia junceiforme). Dit gras valt moeilijk te ontwaren tussen de zeeraket en bezit het vermogen om met zijdelingse uitlopers het omliggende zand te koloniseren en meteen vast te leggen. Het biestarwegras kan ook naar boven groeien naarmate het onderstoven wordt. De nieuwe plantjes, die op dergelijke verticale uitloper ontspruiten, worden op hun beurt zandvangers.

Het duin groeide dus door de actieve werking van deze planten. Naarmate de duin zich vormt, ontstaat een ander proces. Strandwater is zout en te mijden voor hogere plantensoorten. Door een toenemend volume van de duinen neemt het totale poriënvolume tussen de zandkorrels toe, waardoor via neerslag een waterreservoir tot stand komt. Dit zoet water vormt bovenaan in de duin een bolvormige watermassa en drukt het zoute water naar beneden. Meteen wordt het milieu toegankelijk voor heel wat meer plantensoorten, in de eerste plaats voor helm (Ammophila arenaria), hét gras van de stuifduinen en een soort superuitgave van biestarwegras. Helm groeit eveneens lateraal en bovendien is de zandvang- en meegroeicapaciteit (tot één meter per jaar) nog groter. Met de komst van helm krijgt de duingroei een ongekende snelheid. De zogenaamde 'blonde duin', een van de meest karakteristieke kustelementen, is een feit geworden. Op Massarts foto is rechts op de voorgrond dergelijke blonde duin te zien, gedomineerd door de wortelstokken van de helm.